vrijdag 24 oktober 2014

De telefooncentrale

Wikkiweetjes van Willem.

Telefoneren… de manier waaróp kan verschillen, maar we doen het allemaal. Sinds wij mensen ons onderscheiden van (andere) dieren, door ons taalgebruik, hebben wij een diepe behoefte aan communicatie gehad. Niet, dat andere dieren dat niet doen, maar wij praten.
De behoefte om andere mensen te spreken zit diep in onze genen. In ons uppie op een onbewoond eiland zouden we snel van eenzaamheid dood gaan, als we met niemand een praatje konden maken



We ergeren ons nu aan mensen, die op de gekste plaatsen en momenten zitten te bellen, maar als je de Neanderthaler een GSM had kunnen geven, dan had hij het ding óók de hele dag gebruikt, haha. Het zit gewoon diep.



Het is dan ook niet verwonderlijk, dat Antonio Meucci in 1850 de telefoon uitvond. Alexander Bell werkte het idee verder uit (zie link 1).





Hoe ging dat vroeger?
Telefoontoestellen hadden géén knoppen of draaikiezers! Je luisterde in de hoorn en praatte tegen een soort kokertje met microfoon, dat vast zat aan het toestel.

Stel, je hebt een dorpje met honderd huizen. In ieder huis wil men een telefoonaansluiting en wil men iedereen in het dorp kunnen bellen. Dat betekent in de eerste plaats, dat er een telefooncentrale moet komen, die 100 aansluitingen kan behappen. Want iedereen moet iedereen kunnen opbellen, vandaar het woord "centrale". We zetten overal een telefoontoestel neer en trekken, onder de grond, vanaf elk huis twee koperdraden (de "lijnen") naar de centrale en sluiten de telefoon op de draden aan. We nummeren deze aansluitingen van 001 tot 100. De koperdraden komen allemaal uit in die centrale; op een groot verticaal bord met genummerde aansluitingen voor de stekers van aansluitkabeltjes.

Voorbeeld: Iemand, met aansluiting nummer 034 wil mevrouw Janssen spreken. Die naam is op zich niet interessant, we willen haar nummer weten.
Zodra de losse hoorn van de haak werd genomen ontstond er een verbinding met de centrale, bij de telefoniste ging een "blinkertje" (voorloper van het lampje, dat echter verder geen stroom gebruikte) open bij nummer 034 (in dit geval). De opbeller draaide aan een slingertje, waardoor er een beltoon gegenereerd werd. De telefoniste werd dus door het blinkertje en de beltoon geattendeerd op de beller. Zij trok een kabeltje uit haar tafel en plugde die in bij gat 034 en zette een schakelaar om, nu kon zij praten met de klant. Er was verbinding gemaakt met de centralist. De klant vertelde vervolgens welk nummer hij of zij wilde bereiken. "Mevrouw Janssen? Nee, daar heb ik niets aan! … Oooh, nummer 078? Momentje…Ik verbind u door."



De telefoniste trok vervolgens een nieuw koord uit haar tafel en stak dat in het gat dat hoorde bij nummer 078. Zij draaide ook aan een slingertje en "wekte' mevrouw Janssen. Als 078 opnam, zei zij: "Ik heb een gesprek voor u, wilt dat aannemen?" Als mevrouw Janssen dat wilde, zette de centraliste weer een schakelaar om en werden de twee aansluitingen met elkaar verbonden.
Vervolgens moest zij er tussen uit, oftewel haar eigen verbinding met de lijnen verbreken. Je kunt je voorstellen, dat dat niet altijd gebeurde en zo was dat baantje van telefoniste ideáál voor nieuwsgierige dames, want zij wisten al het nieuws als eersten, hahaha.
Na verloop van tijd schakelde zij zich weer parallel aan het gesprek en moest dan zeggen: "Spreekt u nog? Spreekt u nog?" en de verbinding met beide nummers zonodig verbreken én het blinkertje resetten. Einde gesprek :-)







Deze installatie was dus redelijk klein en eenvoudig, maar je kunt je voorstellen, dat er voor een stad als Utrecht veel meer aansluitingen op de wand zaten en dat er heel veel centralistes tegelijk aan het werk waren. Mijn tante Tonnie heeft dat werk gedaan en zij vertelde altijd smakelijke verhalen over die gezellige tijd met al die meiden (het was, denk ik, wel voornamelijk een vrouwenbaantje ;-) )

Bovenstaand verhaaltje vertelt over "lokaal" bellen, binnen het dorp.
Hoe ging "interlokaal" bellen dan, van stad naar stad? De centrale had ook een paar lijnen naar een districtscentrale, die met verschillende steden verbonden was. De lokale telefoniste maakte, ook via de koorden, meteen contact met die centrale; daar werd dezelfde procedure gevolgd als hierboven om verbinding te maken met de gewenste lokale centrale, waar ook weer de juiste abonnee gewekt moest worden… Als je naar het buitenland wilde bellen, moest je nog meer centrales passeren met bijbehorende centralisten.

Ja, deze manier van telefoneren was omslachtig en tijdrovend, maar men had niets anders en was er heel blij mee.



Maar de techniek schrijdt voort. Het hele proces van het verbinden van de juiste lijnen werd uiteindelijk geautomatiseerd. Nu kon je met een draaikiezer direct het hele nummer kiezen. Daar kwam wel wat meer techniek voor kijken. Bekijk DIT filmpje maar eens:





Het toverwoord werd „relais", een mechanische schakelaar, die op afstand gestuurd kon worden en automatisch de juiste lijn kon vinden en er contact mee kon maken. Een hele verbetering!



Dit was allemaal nog wat men noemt "analoge" techniek. In de jaren '80 werden de mechanische telefooncentrales langzamerhand vervangen door digitale (PRX) centrales. Dit hield voor de abonnee in, dat je met drukknoppen kon kiezen. Opnieuw een hele verbetering!

Niet iedere centrale was direct omgebouwd; daarom had je als tussenvorm leuke gekleurde toestellen, die zowel "pulse" (analoog) als "tone" (digitaal) konden geven. Nu zijn alle centrales al weer heel lang allemaal digitaal.

Volgende stap was, dat mensen mobiel gingen bellen. Hierdoor nam de behoefte aan "landlijnen" (kabels onder de grond) enorm af. Maar IK kan er nog geen afstand van doen, ouderwets als ik ben, haha.

Telefoneren is "ff belluh" geworden…Grondkabels zijn in principe niet meer nodig, alles gaat door de lucht, maar ook bij de huidige GSM's moet er een centrale zijn, die al deze "abonnees" automatisch met elkaar verbindt en dat zal ook best wel een knap stukkie techniek zijn, maar daar heb ik geen verstand van! :-)

Willem Kroon, 24 oktober 2014.



*** Link 1: Alexander Graham Bell

donderdag 9 oktober 2014

Mijn vader’s blog

Ruim een jaar geleden begon ik met een grote klus, het online zetten van mijn vader's herinneringen aan het Muiden van zijn jeugd. Ik gebruik hiervoor een bestaande blog-website: BlogSpot.
Mijn inleiding luidt:

"Ook toen het niet meer zo goed ging met mijn vader,
Guus Kroon sr. (*07- 07-1926 - †15 -09-2013), vertelde hij nog altijd zijn geliefde verhalen. Over zijn diensttijd in Indïe, zijn voetbalcarriëre, zijn jarenlange plezier bij muziekvereniging Crescendo en natuurlijk over Muiden.

Jaren geleden (in 1998) hielp mijn broer Guus hem bij het schrijven van zijn boek "Mijn Verhaal, herinneringen aan het Muiden van mijn jeugd". In delen wil ik mijn vader's boek publiceren. Om de zoveel tijd zal ik een pagina uit zijn boek tonen. Opdat zijn herinneringen niet verloren zullen gaan.

Pa, ik hing altijd aan je lippen. Ik mis jou en je mooie verhalen ontzettend. Je boek is een troost voor me,

27 september 2013, Willem Kroon
"


Met hulp van mijn broer Guus, dus, schreef mijn vader zijn herinneringen op. Hij was zijn leven lang boekhouder (tegenwoordig accountant genoemd, haha) geweest en kon daardoor goed met zijn typemachine overweg. Het is mooi, om die oude schreeflettertjes weer te zien en ik heb bewondering voor hoe mijn vader foutjes wist te herstellen.
Guus kopieerde de getypte velletjes en maakte er een analoog boek van. Je begrijpt, dit alles was papier- en inkt werk. Er bestond geen computerfile van de teksten…
Mijn werkwijze is, dat ik de bladzijden uit het boek scan, in PhotoShop bewerk en daarna als afbeelding in het blog plaats. (Groot nadeel hiervan is, dat de Google Zoekmachine er dus niet bij kan...)
Op deze wijze publiceer ik zo'n beetje elke week een pagina in het blog en geef ik er kennis van op FaceBook.


Het scannen van zo'n dik boek met slappe bladzijden is niet eenvoudig, daardoor zijn de scans vaak scheef en is de beeldkwaliteit meestal onder de maat.
Bovendien maakte (ook :-) ) mijn vader typefoutjes en zitten er soms inktvlekjes op de afbeelding. Ik wil een goed leesbare pagina bieden. Daarom bewerk ik de scan in PhotoShop. Letters, die onleesbaar zijn door slijtage van de typmachine vervang ik door een goed exemplaar van die letter te kopiëren en over de slechte letter heen te plakken ("copy/paste”). Mijn vader zou dat prachtig gevonden hebben :-)



Ook ga ik met een heel klein PhotoShop gummetje soms tussen de letters zitten om de leesbaarheid van de letter te vergroten.
Ja, dat is monnikenwerk, maar heel dankbaar :-)

Dit werk geeft mij heel veel genoegen. Het is net, alsof ik samen met mijn vader bezig ben, om zijn verhaal vast te leggen voor de toekomst. Als het straks volledig op Internet staat zijn de herinneringen van mijn vader voor de toekomst gered.


Ik vind het soms een feest van de herkenning. Zo schreef mijn vader: "Jammer, dat je je toen niet realiseerde, dat de lagere schooltijd de fijnste tijd van je jeugd is. Nooit heb ik een hekel aan die school gehad. Vacantie vond ik ook fijn, maar als dat weer voorbij was, maakte mij dat ook niet veel uit. Alles ging dan weer zijn normale gangetje".
Ook ik had geen hekel aan school en ook ik vind de winter stiekum het prettigst, omdat dan alles weer in zijn normale ritme terug valt.
Om op deze manier er achter te komen, dat ik veel op mijn vader lijk, maakt me blij en bedroefd. Zo jammer, dat wij dit alles niet meer samen kunnen bespreken, maar ik ben ook blij om door dit werk heel dicht bij mijn vader te zijn.
In gedachten praat ik met hem : "Zo pa, dat staat er weer allemaal netjes bij. Benieuwd, wat de huidige Muidenaren er van zullen vinden." :-)
Ik (en dus ook mijn vader) krijg(t) mooie complimenten op FaceBook en via mail. Ik heb het plezier in het schrijven overduidelijk van mijn pa, al moet ik daar aan toevoegen, dat ook mijn moeder graag en mooi schreef.


Mijn broer Guus en ik koesteren het verleden, dat hebben we overduidelijk van onze vader geërfd.
Er bestaan nog steeds geen tekstfiles van het boek, maar door het online blog van mijn vader blijft zijn ongelooflijk scherpe geheugen bestaan, ook al moet ik mijn goede vader elke dag missen,

Willem Kroon, 9 oktober 2014.

Ps: op het moment van schrijven ben ik ongeveer op de helft van het werk.

*** Link:
Lees mijn vader's blog "Herinneringen aan het Muiden van mijn jeugd"

vrijdag 3 oktober 2014

Vallende ouderen, een groot probleem


Pasgeboren babies kunnen aanvankelijk niet lopen.
Hun beenspieren zijn nog te zwak en hun hersenen kunnen de bewegingen nog niet goed coördineren. Maar dat komt normaal gesproken al snel goed.

Na een arbeidzaam leven komen veel ouderen terug in die vervelende fase van hun leven, dat zij weer moeite krijgen om de altijd aanwezige zwaartekracht te tarten, zoals deze mevrouw op de foto. En dat komt niet meer goed. Vallende ouderen is een groot probleem; dat weet ik onder andere door mijn ervaringen met mijn ouders.

Gelukkig is die lieve mevrouw op de foto gewoon Ellie Oosterbroek uit Muiden, die heel vaak geacteerd heeft in reclamespotjes.
Maar ook zij komt op leeftijd en ze vertelde me eens, dat ze nog steeds van die klusjes aanneemt, maar dan moet men wel naar haar toekomen, in het bejaardenhuis.
Ellie ligt dus wél op haar eigen vloer :-)

maandag 29 september 2014

Over Han Reiziger


Nu ik het op FaceBook weer eens over mijn vroegere werk heb gehad, komen er allerlei herinneringen boven.

Zo deed ik jarenlang het mooie programma "(Han) "Reiziger in Muziek", mijn favoriete klusje, in Studio Plantage, de Serre.
Dat was zondagnacht om 6 uur vroeg beginnen met opbouwen en repeteren, maar eenmaal op zender werd ik wel wakker gemaakt door alle verschillende soorten muziek, die de charmante Han Reiziger mooi vond en waar hij uitgebreid over wilde en kón praten.
Géén bombastische tv met effecten en flapperkasten of een showballet, maar met een echt zondagmorgensfeertje.
Eigenlijk was het gewoon een radiouitzending met 4 camera's er omheen :-) Het programma werd live uitgezonden op zondagochtend van 9 tot 10h.

Zonder conservatorium opleiding kon ik de gesprekken meestal niet volgen, maar ik hield van dat geneuzel, heerlijk. Het deed me denken aan mijn nachtelijke doorzakfeestjes, waar ook met veel genoegen intens gesproken werd over muziek en waar natuurlijk heel veel geluisterd werd (vaak tot verdriet van mijn buren, sorry nog ;-) ). Van de Beatles via de Beach Boys naar Metallica en weer terug, haha.


Han was een pracht kerel, met zijn niet gespeelde onhandigheid en zijn vermogen om iedere verlegen muzikant aan het praten te krijgen. Hij was en bleef een serieuze VPRO radiopresentator, die niets om "het plaatje" gaf, haha.


Hele orkesten werden niet geschuwd in het studiootje van zo'n 10 bij 10 meter!

Soms was er, bijvoorbeeld, een pikzwarte blues gitarist uit Mississippi, die normaal gesproken op het tijdstip van de uitzending naar bed ging, haha.... Toch klonk die muziek dan prachtig, zonder drank, sigaretten en wilde wijven :-)…vaak tot hun eigen verbazing en voldoening.
(een uur live over muziek babbelen, zonder reclame-onderbreking en op die manier kenden zij dus echt niet in Amerika).

Rust zacht, Han.
("Vrije Geluiden", de opvolger, heeft voor mij nooit meer jouw niveau gehaald).

Willem Kroon, 29 september 2014.

*** Wikepedia over Han... ***

Bekijk een complete uitzending uit 2001; de rust straalt er van af:



Zónder ondertiteling, dat hoefde allemaal nog niet:



vrijdag 26 september 2014

Bestaat er zoiets als "live" televisie?



Het antwoord is kort: "Nee".

Althans, niet in de letterlijke zin. Laat ik zelf een definitie stellen:
"Bij (echte) live tv kun je, met behulp van apparaten, camera’s, direct en zonder tijdverlies naar een lokatie kijken, waar je zelf niet bent. Eventueel kun je ook nog luisteren naar wat er op dat moment op die plek gebeurt, maar dat is niet meteen noodzakelijk (Sorry, audiovrienden ;-) )".
Echt televisie (ver kijken) is voor mij een camera (1 camera), die continue zonder verdere opslagtechnieken en zonder naar andere camera's te schakelen, een (al dan niet bewegend) plaatje laat zien van een verder weg gelegen lokatie.


Maar die zijn er toch elke dag? Live uitzendingen?
Het venijn zit in 'm het woordje direct.
Even een beetje technisch…vroeger, toen de eerste televisie-uitzendingen begonnen, kon er nog niets opgenomen worden, niet op tapes, niet op computers, alles was live.
Er was slechts "telerecording", wat inhield, dat een beeldbuis gefilmd werd door een filmcamera. Je kon het onderwerp terugkijken, maar de kwaliteit was slecht en opnieuw uitzenden was lastig, daar had je dan weer een filmscanner voor nodig. Monteren moest door een filmcutter gedaan worden.


Alle eerste uitzendingen, bijvoorbeeld uit het (afgebroken) kerkje Studio Irene in Bussum, waren directe uitzendingen.
Zo kon je bij Swiebertje de cameramensen horen lachen achter hun camera's als Swieber zich weer eens niet aan zijn tekst hield (al of niet veroorzaakt door teveel borreltjes :-) ) Dit kon er uiteraard niet uitgeknipt worden.
Omdat de studiovloer erg klein was, werd er tijdens de ombouw naar een ander dekor gewoon even een bordje "Pauze" uitgezonden. Ander materiaal was er gewoon niet voor handen!

De technische spullen, die men toentertijd gebruikte werkten "analoog", dat wil zoveel zeggen, dat er geen "chips" (IC's ofwel "integrated circuits") en geen digitale technieken voor handen waren. De oude elektronische onderdelen werkten snel. Het tv signaal werd bijna in geen tijd doorgegeven. Live tv voldeed toen dus redelijk aan mijn definitie. Wat in Hilversum gebeurde zag men bijvoorbeeld ook gelijktijdig in Limburg.


In mijn vroegere werk als beeldtechnicus (daarover schrijf ik nog eens een apart blog) moest het "regiewezen" (regisseur, regie-assistente en schakeltechnicus) op de seconde nauwkeurig weten op welk moment hun uitzending "live" was. Daartoe keken zij en wij op een tv ontvanger, waarop exact te zien was, wanneer de stuidio op de zender geschakeld werd. Dat werkte niet meer, toen er steeds meer vertraging kwam in het hele circuit van studio/Eindregie/Centraalpost/PTT Zender/ kabelnet (of glasvezel). Er kon nu zomaar 5 seconden verschil zitten tussen de studio en de "afkijk". Zelfs de regisseur zag de live uitzending niet echt meer!
Op de seconde precies overgaan op deze manier werd dus onmogelijk. Bovendien kon je ook niet meer naar de uitzending (Zendlijn) luisteren, omdat je dan een soort echo kreeg.
(Tegenwoordig krijgt men een seintje van de Eindregie en moet men in "the blind” overschakelen. De delay totdat de eerste shots op zender komen, maakt regie-assistentes soms gek, haha)

Ook om een andere reden is tv niet meer live. Bij DWDD begon men al vroeg met het live ondertitelen van de uitzending voor doven. Tot op de dag van vandaag wordt het programma zo'n 30 seconden vertraagd uitgezonden, dit om de ondertitelaars in Hilversum de tijd te geven om de ondertitels te schrijven en voor te kunnen zetten. Dit wordt overigens door een ploegje van drie man/vrouw gedaan. Als dit soms niet goed gaat, zie je de titel eerder dan dat hij uitgeproken is, haha. Ook het regiewezen raakt door deze ingreep soms danig in de war, vooral als zij tóch naar de Zendlijn kijken :-)

Ik deed een keer een diecte uitzending vanuit een rechtbank. De zitting moest live te volgen zijn.
De persdienst van de rechtbank was daar niet blij mee, het was allemaal nog heel nieuw voor hen. Sommige namen van verdachten bijvoorbeeld mochten niet bekend worden en er waren andere zaken, die geheim moesten blijven.
Daartoe werd de uitzending 60 seconden vertraagd en werd het programma continue eerst op een computer opgenomen. In de regiewagen zat de persrechter van de rechtbank op de regisseursstoel en die gaf steeds aan, wat er uit moest. De video-editor maakte in- en uitpunten en de computer sloeg bij het uitzenden dan dat gedeelte gewoon over. Uiteraard zag je dan wel het beeld verspringen.
So far, live uitzending van een rechtszaak.

Wat ook wel eens een reden kan zijn om vertraagd uit te zenden is, als een gast geen Nederlands spreekt. Dan wordt er simultaan vertaald bij een opname, die een aantal seconden is vertraagd.

Een ander issue is, dat voor live uitzendingen een ander BTW bedrag gehanteerd wordt dan voor opnames, maar waar die grens tussen „live" en "niet-live" ligt, weet ik niet.


De straatinterviews van AT5 komen dicht bij mijn definitie, maar zelfs die uitzendingen zullen door sommige van de genoemde oorzaken vertraagd weergegeven worden.

Ook live webcams hebben zomaar een vertraging van een minuut of zo.
Ooit stond ik op de camera van het Koningsplein en belde met mijn vriendin, of ze mij zag op haar computer? Nee. Nou ja, na een minuut wel, haha.

Kortom, langzame digitale verbindingen, uitzenden via een harddisc en vertragingen in apparatuur en kabels zorgen er voor dat tv nooit meer live is.
Is het erg? Nee, je merkt er bijna nooit iets van, maar ook hier word je weer bedonderd, haha.

Willem Kroon, 26 september 2014.

Link:

*** WebCam KoningsPlein...

maandag 22 september 2014

„Reality Soaps”, zijn die echt?

Vroeger (spreek uit: vroegah) had je bijvoorbeeld nieuws- en actualiteiten programma's op televisie. En ook sportprogramma's en shows.
Je had er dure, goed uitgeruste studio's voor nodig met een relatief grote speelvloer en heel veel licht, omdat de camera's van toen nogal lichtongevoelig waren.
Er waren ook series, zoals Swiebertje en Pipo de Clown, om maar wat te noemen. Die series werden gespeeld (bij tv noemen zij dat drama) door acteurs, en al die mensen, die voor de camera kwamen, werden beroemd in Nederland.
Het overgrote deel van Holland keek naar een klein clubje uitverkorenen.



In 1968 sprak Andy Warhol zijn beroemde woorden:
"In the future, everbody will be world famous for fifteen minutes”, oid. Inmiddels is dat een juiste voorspelling gebleken.
Doordat videocamera's klein en compact zijn geworden, goedkoop aan te schaffen- en heel lichtgevoelig zijn (en omdat er gewoon thuis gemonteerd kan worden) kan iedereen tegenwoordig tv maken. En dat gebeurt dan ook op grote schaal.
Veel van deze (wan)producten worden op de server van YouTube gezet, maar ze zijn ook veelvuldig te zien op de „echte" televisie, bijvoorbeeld in DWDD (afkorting voor „De Wereld draait Door”, moderne manier voor het afkorten van programmanamen) en zelfs in "het grote mensen Journaal". Nu wordt iedereen wel een keer (eventjes) beroemd, soms in de hele wereld.
Tegenwoordig kijkt de ene helft van Holland via zijn breedbeeldkikker naar de andere, zich voor de camera uitslovende, helft…
Over beeld- en geluidskwaliteit wordt trouwens niet meer gerept.

Een ander gevolg is de uitvinding van de "reality soap". De ene burger duwt de ander een camera voor zijn snufferd en voilá, er is weer een tv programma gemaakt.
De opzet is, dat de kijker moet geloven, dat het allemaal echt (reality) is, wat er allemaal te zien is (de soap).
Dat kan soms heel interessant of grappig zijn, maar steeds vaker is de inhoud (heet tegenwoordig "content") FAKE!



Zo heb je op Discovery Channel de serie "`Airplane Repo".
Een soort detective/piloot moet een vliegtuig kapen en terugbrengen naar de eigenaar, omdat de huur of afbetaling niet voldaan is. Spannende tv! Het gaat altijd allemaal maar nét goed!




Maar…men heeft altijd wel tijd om kleine (vinger)cameraatjes aan de vleugels te hangen of in de cockpit!
Helemaal verbaasd was ik, toen twee piloten beschoten werden door een boer, wiens vliegtuig gekaapt uh...(repossessed) werd…Vanaf de grond zag je het vliegtuig heel mooi opstijgen…Oh, dus er stond nog een cameraman in de buurt van de boer? Werd HIJ niet beschoten? En hoe kwam die cameraman thuis, hè?




Een andere soap is "The Laffing Devils" over een ruige motorbende in Amerika. Ik heb nog nooit zo'n stelletje suffe en lieve motorduivels gezien, haha. Echt, je wordt beduveld.
Er is veel teveel om hier allemaal op te noemen.

Enfin, als je een beetje krtitisch kijkt, snap je dat dit ales gewoon nep is.
Waarom? Omdat mensen drama willen en omdat drama kijkers oplevert en omdat kijkers naar reclame kijken, die heel veel geld opbrengt.
De waarheid mag daarbij kennelijk flink veel geweld aangedaan worden, maar hebben wij, de kijkers, daar ooit toestemming voor gegeven?

Conclusie: kijk gerust naar die shit, dat doe ik ook heel vaak, maar geloof het allemaal maar niet. Stay awake! Be sharp! Hahaha.

Aanleiding voor dit blog was overigens het nieuws van vandaag (zie bijgaand artikel uit de VolksKrant), dat ook de reality soap "Ik heb het nooit gedaan" (moderne programmanaam) nep is. Ook hier wordt weer ouderwets geacteerd.
Je bent gewaarschuwd!

Willem Kroon, 23 september 2014.



*** De uitspraak van Andy Warhol...

maandag 15 september 2014

Hoe zit dat met die Maan en die Zon?

"WikiWeetjes van Willem, Deel 2"

Laatst maakte ik het volgende grapje in de kroeg:

"Bij een maansverduistering staat de zon tussen de Aarde en de maan." Hahaha…
Pretty impossible, maar tóch geloofde een kroegmaat van me het meteen. Hij zei, dat hij altijd moeite had gehad met astronomie (sterrenkunde), maar gaf toe, dat het hem eigenlijk ook nooit geïnteresseerd had. Nu wilde hij wel eens van mij weten, hoe het allemaal zit.
Tja, hoe zít het eigenlijk?



Ik begin meteen maar groot: In de verder lege ruimte van het heelal (of Kosmos) bevinden zich groepen ("clusters") sterrenstelsels. Deze stelsels draaien om elkaar heen. Op bovenstaande afbeelding is de Aarde veel te klein om af te kunnen beelden.



Een van die talrijke stelsels is de Melkweg ("Milky Way”), waar wij wonen. In gebieden, die geen last hebben van "lichtvervuiling" kun je ons sterrenstelsel 's nachts waarnemen als een vage, lange witte streep aan de hemel. Die streep bestaat uit heel erg veel sterren.



Rond zo'n ster kunnen planeten cirkelen, maar ook stof of meteoren en meteorieten. Deze objecten draaien hun vaste baantjes rond hun ster, bij ons
de Zon genaamd. Sommigen doen dat "relatief dichtbij”, zoals de planeet Mercurius (58 miljoen kilometer verwijderd van de zon), andere zeer ver weg zoals de verste planeet Neptunus (4,54 miljard kilometer van de zon). (Pluto hád die positie, maar mag sinds kort geen planeet meer genoemd worden).

De door kernfusie aangedreven zon heeft nog 5.000.000.000 brandjaren en daarna verandert hij met een grote explosie in een Witte Dwerg, een samengebald sterretje. Voor die tijd moet de mensheid het pand verlaten hebben…



De voor ons allerbelangrijkste planeet is moeder Aarde,
"the Blue Shining Planet". Bij het ontstaan van ons zonnestelsel draaiden stof en rotsbrokken rond de zon, die door hun onderlinge zwaartekracht samenpakten tot een bol . Dat is de vorm, die alle stoffen (door cohesie) aannemen, als er geen andere krachten op inwerken. Bekijk maar eens een druppel kwik, die doet precies hetzelfde (maar wordt een beetje afgeplat door de zwaartekracht).

Een deel van dat ruimtestof word door de natuur gebruikt om de koolstofmoleculen van ons lichaam op te bouwen (en op enig moment weer af te breken, natuurlijke recycling, daar ontkomt niemand aan).

Aldus ontstond onze eigen woonplek in de ruimte. De Aarde ontwikkelde zich in 5 miljard jaar en de Evolutie zorgde er voor, dat onze lichamen zeer geschikt zijn voor de samenstelling van onze atmosfeer (de "lucht", die we inademen), de gemiddelde temperatuur, de heersende zwaartekracht en de gevolgen van de seizoenswisselingen op een bepaalde breedtegraad.
Zo zie je bijvoorbeeld, dat mensen, die rond de Evenaar geëvolueerd zijn een donkerder huid hebben dan degenen die dichter bij de koude Noordpool wonen. (witte voorwerpen stralen minder warmte uit dan donkere; neem de witte koelkast en de zwarte kolenkachel).

Planeet Aarde draait dus om de zon. In ongeveer 365 dagen (plus ongeveer 6 uur, vandaar dat we om de 4 jaar schrikkeldag hebben, dan halen we dat verschil weer in :-) ).

Doordat de draaias van onze planeet "schuin" staat tegenover de posite van de zon, onstaan de voor ons onontbeerlijke seizoenen. Leuk of niet, ook de winters hebben wij nodig om ons weersysteem stabiel te houden. Zonder de seizoenen zouden wij binnen een paar maanden verdwenen zijn.



Last but certainly not least: de Maan draait om de Aarde, in ongeveer 30 dagen. Door een rekenkundig verband tussen de draaisnelheid van de Aarde en die van de Maan zien wij altijd dezelfde kant van de maan! Er bestaat dus echt zoiets als de "dark side of the moon". Pas in de jaren '60 kregen wij via foto's van de Apollovluchten die achterkant te zien :-)

De Maan is vermoedelijk ontstaan door een botsing van de Aarde met een meteoor, een enorm grote steen, die veel materiaal lossloeg uit onze bodem, die brokstukken kwamen in een baan om de Aarde en voegden zich (ook) samen tot een bol.

De zwaartekracht van de Maan trekt aan onze wereld en aan het water van de oceanen; zo ontstaan eb en vloed. Als de zon in 1 lijn staat met de maan en de Aarde krijg je springvloed, omdat hun zwaartekrachten bij elkaar optellen.

Ook de Maan kunnen wij absoluut niet missen. Zonder eb en vloed, bijvoorbeeld, zou een een groot deel van de huidige continenten onder water komen te staan. Saillant detail in deze: de maan verwijdert zich met redelijk grote snelheid steeds verder van ons af door de middelpuntvliegende kracht van zijn omloop…



Ook de aardas roteert, dat heet Precessie (tolbeweging). Eens in de 26.000 jaar maakt die as een rondje. Ook daar is de Maan bij van invloed.
Precessie veroorzaakt oa. de verschuiving van de sterrebeelden, het ontstaan van de de ijstijden en dus ook flinke klimaatwisselingen
(hier hoor je nooit over in klimaatdiscussies…)



Al deze specifieke en unieke eigenschappen van Moeder Aarde zijn onontbeerlijk voor ons, mensen. Onze lichamen kunnen zich niet in korte tijd aanpassen aan, bijvoorbeeld, een heel andere zwaartekracht, vraag maar aan astronauten met hun spierzwakte en botontkalking. Wonen op de planeet Mars, met een zwaartekracht, die maar een derde is van de onze, zou zeer problematisch zijn.
De kans dat er, waar dan ook, nóg zo'n combinatie van essentiele eigenschappen voor menselijk leven is ontstaan is zeer klein, maar statistisch gesproken uiteraard mogelijk. Groen mannetjes zullen wij echter niet gauw tegenkomen, een hele opluchting ;-)

Nu begrijp je in ieder geval mijn kroeggrapje: als de zon tussen de maan en de aarde stond, zouden wij onmiddelijk tot stof verbranden…EN zouden wij met ons allen als ruimte-afval in een baan om de zon gaan draaien…totdat ook wij weer samensmolten tot een splinternieuw hemellichaam, hahaha.



"We are stardust",

Willem Kroon, 15 september 2014.




Lees meer over:

*** De Melkweg...

*** De Zon...

*** De Aarde...

*** Precessie...

*** Over het lot van onze Aarde...





woensdag 3 september 2014

Aan het strand


Wie waren deze mensen, die er vast al lang niet meer zijn? Ik heb geen idee, natuurlijk.

Maar wellicht horen de dames, moeder en dochter, met hun modieuze hoeden en lange rokken bij een gezelschap, dat in het Badhotel (op de achtergrond) verbleef voor een weekje aan zee. De zaterdagavond hiervoor hadden zij gedanst in de muziektent van hun hotel, op een zwoele zomeravond, na een middagje paardrijden in de mooie bossen van Muiderberg. De wijn smaakte heerlijk, en de muziek van de Amsterdamse Klezmerband was opzwepend, maar toch waren zij al weer vroeg uit de veren om van een nieuwe vakantiedag te genieten.

Vandaag zijn zij naar het strand gegaan met de kinderen, die nu met hun, in het zwart geklede, oma op de dijk spelen, want omdat het vloed was, mochten zij niet te dicht bij de waterkant komen.

Niemand is in badpak. Het enige blote komt van de onderbenen van de jongen in driekwartsbroek ("Drollenvanger", zei mijn vader altijd).

De mensen zijn zich (ook hier weer) bewust van de fotograaf met zijn zware houten driepootstatief en imposante balgcamera en poseren een beetje stijfjes.

De agent wil er zeer zeker ook op, onder dienstijd, maar blijft afgedraaid staan om te suggereren, dat hij niet echt mee doet. De jongen met de pet op is er juist eens bevallig voor gaan liggen.

De man met de fiets, met raar stuur, wil zijn pet nog even schikken en verhult daarmee onbedoeld juist zijn gezicht.

Morgen gaan deze toeristen met de Gooische Tram, langs de „Jodentrekvaart", terug naar Amsterdam om hun dagelijkse leven in hun drukke woonplaats weer op te pakken. Maar ze willen gauw weer terug naar die heerlijke badplaats Muiderberg!

Willem Kroon, 3 september 2014.

Over Frits Butzelaar


In een FaceBook post kwam ik onlangs te spreken over Pipo de Clown. Iemand herinnerde zich Ridder Bambarin, die in één van de avonturen van Pipo uit zijn eeuwige slaap werd gehaald. Dat weet ik nog goed. Als kind vond ik hem een hele echte ridder!
De rol werd gespeeld door Frits Butzelaar. Jarenlang zag ik Frits in het hoofdgebouw van de NOS lunchen en dineren met zijn onafscheidelijke regie-assistente, waarvan ik niet meer weet, hoe zij heette.

Toen ik mijn opleiding tot Beeldtechnicus ging volgen (in 1987) kwam ik Frits ook tegen in tv-opleidingscentrum Santbergen, waar hij les gaf.


Weer later werkte ik met hem samen aan het kinderprogramma KlokHuis, dat hij regisseerde. Men noemde Frits ook wel „Frutselaar”, omdat hij eindeloos bleef pielen aan de scenes, haha.

Frits zag er een beetje oud uit, maar hij rende de hele dag trap op trap af. Hij gebruikte nooit de liften. Later kwam ik er achter, dat hij ooit een verdienstelijk atleet was geweest.

Ik vond het heel bijzonder om met hem te werken, want in mijn ogen bleef hij die ridder; dat zei ik ook wel eens tegen hem. Dat kon hij wel waarderen.
Vooral zijn prachtige stem was uniek, die blijft voor mij altijd verbonden met Ridder Bambarin!

Willem Kroon, 3 september 2014.

(helaas kan ik niets van hem vinden op YouTube).

*** Lees reacties op FaceBook...

Pootje baden te Muiderberg in 1912



Een clubje badgasten aan de kustlijn. De opvallende hokjes (met kijkgat!) op karrewielen gebruikte men om zich kuis om te kleden. Niet, dat iemand van dit gezelschap dat gedaan heeft, trouwens.

Een paar mannen wagen zich (met hun schoenen aan?) in het water. Sommige hebben hun jasje uitgedaan, maar daar bleef het bij. 
Iedereen draagt gele hoofddeksels, maar dat kan met het inkleuren van deze foto te maken hebben. Kleurenfoto's bestonden toen nog niet, net zoals je in het begin geen kleuren tv had.

De kinderen zullen, net als nu, graag gespeeld, gezwommen en geravot hebben in het lekkere zoute water, maar dat liet het tijdsbeeld nog niet toe. Hunkerend blijven zij met hun kleren aan bij de kant staan. Wisten zij niet, dat je hier honderden meters uit de kust kunt lopen, zonder dat het meteen diep wordt?

De vloedlijn is goed te zien; geen verhard voetpad langs het water nog. De Zuiderzee spoelde een boel rommel aan.

Een vrouw ploetert met haar fiets door het zand, nieuwsgierig geworden naar de fotograaf, die waarschijnlijk hoog op de houten pier staat met zijn uitrusting.

In de verte zien we de toren van de Kerk aan Zee, een vertrouwd gezicht.
Op het toenmalige "strandpaviljoen" staat geschreven "prachtig…". En dat was het ook in Muiderberg aan Zee, prachtig! :-)

*** Lees reacties op FaceBook...